Evenknieën

Wat was het gisteren leuk, het eerste drankje en niet te vergeten de bitterballen op het terras van café De Unie, hier in Den Bosch. En wat went het snel, voor ik het wist zat de eerste bal achter de kiezen en was mijn tong ouderwets half verbrand.

Naderen we nu, geënt en wel, dan toch echt het einde van de pandemie? Het begint er op te lijken. Wat een heerlijk vooruitzicht!

Ik denk terug aan het begin, half maart 2020. Aan de televisieavonden waarbij de bekende Nederlanders in rap tempo plaats hadden gemaakt voor de virologen en andere gezondheidsdeskundigen. Wat minder Geer en Goor aan tafel, dat vond ik persoonlijk wel een prettige bijkomstigheid bij het zware coronawerk.

In no time vulden de nieuwe bekende Nederlanders de avondvullende programma’s. Diederik Gommers, wat heb ik deze man in het afgelopen jaar vaak bekeken. Hij was voor mij de absolute graadmeter hoe Nederland erbij stond. Zijn gezicht verving alle tabellen en staatjes. Ab Osterhaus was er ook altijd, vergezeld van zijn glaasje rode wijn, meestal half leeg. Ieder heeft zo zijn gewoonten. En Van Dissel hoe zorgvuldig ook, ik zag hem liever niet. Ik kreeg van hem een onderbuikgevoel van een niet positieve soort.

Poetsend achter mezelf aan

In het begin keek Diederik zorgelijk; het virus kon overal zijn. Ik sloeg door tot in het absurde. Ik poetste achter mezelf aan. Naarmate de zwarte scenario’s dichterbij kwamen, stonden de echte zorghelden op. IC afdelingen liepen vol, de mondhoeken van Diederik zakten angstvallig. Ik realiseerde me, dit is menens! Ik geloof dat dat het moment was dat ik mijn angst dichterbij voelde komen. Ik poetste nog wat harder en haalde de meer professionele Dettol in huis.

Mientjes moeder

De televisiezenders liepen overvol met binnen- en buitenlands coronaleed, de weegschaal sloeg door naar de zorgkant. Gelukkig programmeerden de omroepen op enig moment ook wat meer amusement. Soms uit de vorige eeuw. Bij een gebrek aan Wie is de Mol bekeek ik de nieuwe serie De Verraders. Dat kwam omdat Francis van Broekhuizen een van de deelnemers was. Haar heb ik rond 2004 gezien tijdens een van de IVC’s, het Internationale Vocalistenconcours hier in de stad. Ze maakte toen al een verpletterende indruk. Nu is ze niet meer weg te slaan van de buis. Ik kan haar niet genoeg zien. Met Moederdag zong ze bij Humberto Tan, samen met haar familie (het thuiskamerkoortje), het lied ‘Mientjes moeder’. Geweldig!

Diederick en Francis, ze lijken in meerdere opzichten op elkaar, levenslustig, welbespraakt, positief en goedlachs. Een soort van evenknieën, ik denk aan hen met een grote glimlach.

 

Voor wie Mientjes moeder heeft gemist hieronder de tekst.  Het liedje komt uit de Vier redeloze gezangen van Albert de Klerk

Mientjes moeder heet Mathilde
Daar kan niemand iets aan doen
Als ze bij ons komt logeren
geeft ze mij een dikke zoen
En dan drinkt ze mijn jenever
en ze drinkt mijn beste wijn
En ze trekt daarbij gezichten
of het gal was of azijn

En dan gaat ze eindelijk henen
en geeft mij een dikke zoen
en ze heet nog steeds Mathilde
waar geen mens iets aan kan doen.

 

Umberto terugkijken: 9 mei 2021?

https://www.uitzendinggemist.net/op/09052021.html

foto Diederik: blad Linda/ foto Francis: BN De Stem

6 antwoorden op “Evenknieën”

  1. Zo herkenbaar en precies verwoord.. Nauwelijks kan je, je 2020 nog voorstellen, de 1e besmettingen etc. Nu godzijdank wat meer ruimte maar de volgende variant komt er weer aan.
    Een ding waar ik blij om ben, dan onze ouders, van mijn generatie dus, dit niet meer hoeven mee te maken.

    1. Ha Henny

      Nee tegen het oranjevirus is nog geen medicatie. Ik zou vooral de juigcape maar omhangen…en goed dichtspelden…

      grt Koosje

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.