De familie-app loopt vol. Het is weer Pleinpop in mijn geboortedorp Alphen aan de Maas. Glimlachend moet ik denken aan een jaar geleden. Op vrijdagmiddag werd ik gebeld door een mij onbekend nummer uit Wisconsin. Eenmaal thuis blokkeerde ik het nummer. Bij alles wat onbekend is, vooral Amerika, ben ik alert. De wereld hangt immers van spam en andere ongein aan elkaar. Zo kreeg ik vorige week nog een mail waarin een advocaat uit het buitenland zich meldde. Of ik kon drukken op de link zodat ik de mij toekomende erfenis van een overleden oom veilig kon stellen. Nu zijn al mijn ooms al vele jaren uit de tijd dus ik heb er hartelijk om moeten lachen. “Een leeg dorp …” verder lezen
Het prentje van dokter Buijs
Mijn moeder droeg in haar zondagse tas naast de rozenkrans altijd een gedachtenisprentje met zich mee. Het was het prentje van Jules Buijs. Hij was jarenlang onze huisarts en heeft ons zessen ook ‘gezond en wel gehaald’.
Over mijn moeder Joke en huisarts Buijs schreef ik in mijn boek ‘Een te grote jas’ het volgende:
“Joke keek vaak in het achterhuis mee bij de geboorte van een kalfje. Maar zelf een kindje ter wereld brengen, dat is echt andere koek. Gelukkig is er de hulp van dokter Buijs. Joke en Harrie zijn blij met hem. De dokter is in het buurtdorp Maasbommel als tijdelijk huisarts gestart. Samen met zijn vrouw heeft hij de oorlog en diverse kampen overleefd. Van hogerhand vraagt men zich na de oorlog af of de Joodse dokter wel zal passen binnen de gemeenschap. Maar de bewoners lopen weg met hem. Hij voegt goed in, ook in het dorpse leven. Tegen kersttijd laat de dokter in de gemeente tal van enveloppen met een briefje van vijfentwintig gulden bezorgen bij de allerarmsten. Zij weten wie er aan hen heeft gedacht.”